DE ARK DES VERBONDS
Toen Moses na veertig dagen de berg Sinaï afdaalde, droeg hij de twee tafelen, met daarop de 10 geboden mee naar beneden. Aangekomen bij zijn volk, trof hij het dansend en feestend aan rond een beeld van een gouden kalf. Moses ontsteekt in woede over deze godslastering. Aan het einde van de dag zijn er 3000 doden gevallen. Moses triomfeert en het Israëlische volk sluit een verbond met Jahweh (vert. Ik ben wie Ik ben). Symbool van dit verbond zijn de 10 geboden en de daarop gebaseerde Joodse Wet (Torah), die ook economische regels, voedingsvoorschriften en hygiënische maatregelen bevat, die de basis vormden van een godsvruchtige gemeenschap. In de Bijbel staat nauwkeurig omschreven, hoe er een kist van acaciahout moest worden gebouwd, bekleed met goud en met twee cherubijnen (engelen)op de kist. Ringen en gouden draagstokken maakten het mogelijk dat de Ark des Verbonds tijdens de zwerftocht door de woestijn kon worden gedragen. De Ark bevatte niet alleen de stenen tafelen, maar ook de staf van Aäron en de oorspronkelijke versie van de Torah (de eerste vijf Bijbelboeken). Uitsluitend Levieten (de priesterklasse) waren hiertoe aangewezen. Anderen, waaronder twee neven van Moses, die offers brachten of de Ark aanraakten, stierven een gruwelijke dood. Er zijn aanwijzingen, dat de Egyptenaren electriciteit kenden en gebruikten.
In de tempel van Dendera staat de bezoeker oog in oog met afbeeldingen van kolossale gloeilampen, die door Egyptenaren worden gehanteerd. Onderdeel van de schatten, die met de gestorven farao werden begraven, bevond zich vaak een gouden kist met versieringen (o.a. Toet-ankh-Amon). Moses werd opgevoed en opgeleid aan het Egyptische hof en wellicht heeft hij van deze (later vergeten) kennis gebruik gemaakt om de Ark te bouwen. Gezien de beschrijvingen in de Bijbel zou de Ark elektrisch geladen kunnen zijn, onder andere door het opwrijven van de Ark met dierenhuiden, en dat het in de strijd als wapen kon worden gebruikt.
Tijdens de verovering van het Beloofde Land droegen priesters de Ark voor het leger uit. Niet alleen motiveerde dat de veroveraars, maar de Ark was actief op het slagveld en doodde met energiestralen de Kanaänitische strijdkrachten. Slechts één maal liet de Ark de Israëlieten in de steek. In een bittere strijd doodden de aartsvijanden van de Joden, de Filistijnen 30.000 Israëlieten. Goliath, de Filistijnse kampioen, maakte de Ark buit en droeg het op zijn schouders van het slagveld.
Zeven maanden later zonden de overwinnaars de Ark terug. Sinds men de Ark in bezit had, werden de Filistijnen geteisterd door epidemieën en droogte. In de daaropvolgende periode verslaat David de Filistijnen definitief en verovert uiteindelijk ook Jeruzalem. Zijn zoon Salomo zal een tempel bouwen, waarin de Ark een centrale plek kreeg. Omgeven door een tabernakel, mocht alleen de opperpriester het Heilige der Heiligen betreden. Hij droeg beschermende kleding en bracht wierookoffers om zich te beschermen tegen de mysterieuze krachten van de Ark. In de 6e eeuw voor Christus verovert Nebukadnezar Jeruzalem en plundert de tempel van Salomo. De Babyloniërs hebben nauwkeurig genoteerd welke religieuze en waardevolle voorwerpen er buit zijn gemaakt. Op die lijst komt de Ark niet voor. Is deze verborgen? Historici wijzen erop dat al eerder verwijzingen naar de Ark in de Bijbel ontbreken. Hoe is het mogelijk dat het meest geheiligde voorwerp in de Judaïsche traditie in rook opgaat.
Wie was Menelek en hoe kreeg hij de kans de Ark des Verbonds te stelen? We moeten daarvoor terug naar koning Salomon, de bouwer van de Tempel. De Ark stond toen, beschermd door het Tabernakel, in het Heilige der Heiligen van de door hem gebouwde Tempel in Jeruzalem. Een plek, die alleen door de opperpriester mocht worden betreden. Salomon was een wijs en machtig vorst en zijn naam reikte tot ver over de landsgrenzen. Deze verhalen bereikten ook de koningin van Sheba. Ze zocht contact met hem en werd uitgenodigd voor een bezoek aan Jeruzalem. Na een reis van zeven jaar bereikte de koningin Salomon.
De twee voelen zich onmiddellijk tot elkaar aangetrokken. Niet alleen intellectueel, maar uiteindelijk ook lichamelijk. Tot groot verdriet van Salomon besluit de koningin naar Sheba terug te keren. Onderweg blijkt echter, dat zij zwanger is en baart uiteindelijk een zoon, die ze Menelek noemt. Als Menelek volwassen wordt en hij te horen krijgt wie zijn vader is, besluit hij deze in Jeruzalem te bezoeken. Zijn moeder geeft hem een ring, die ze van haar minnaar, heeft gekregen. Hiermee kan hij aantonen Salomon's zoon te zijn. Salomon ontvangt Menelek hartelijk en neemt hem in zijn hofhouding op. Volgens sommigen heeft Salomon de Ark aan Menelek meegegeven, volgens anderen maakte hij een replica, om de verdwijning te verhullen. Hoe dan ook, de Ark des Verbonds, kwam in Ethiopië terecht, om er beschermd en vereerd te worden. Chronologisch klopt dit verhaal volgens velen niet. Ook na Salomon's dood zou de Ark nog in de Tempel aanwezig zijn geweest. Toch is het heiligste voorwerp van de Joden in deze periode, tot de inval van de Babyloniërs, spoorloos verdwenen de Babyloniërs noemen in hun inventarislijsten de Ark des Verbonds niet.
De opvolgers van Salomon waren niet van zijn niveau en de Tempeldiensten verwerden tot rituelen voor meerdere goden. Uiteindelijk zou ook de Ark verwijderd zijn om te worden vervangen door een heidens afgodsbeeld. Wellicht is de Ark toen in veiligheid gebracht. Er is bewijs voor. Op het eiland Elefantine hebben archeologen een Joodse tempel opgegraven. Dit is de enige, aangetoonde, Joodse tempel buiten Jeruzalem. De tempel op Elefantine is in de vierde eeuw voor Christus verwoest. Het zou logisch zijn te veronderstellen, dat daarna de Ark opnieuw in veiligheid is gebracht. In Ethiopië dit maal.
Maar heeft de Ark Jeruzalem wel verlaten. Op een oude plattegrond, staan plekken vermeld, in Jeruzalem, waarop heilige voorwerpen zouden zijn verborgen. Onder de oude stad Jeruzalem is een netwerk van ondergrondse gangen en er zijn legio plekken, waar de Ark zou kunnen zijn verborgen. De plek, waar de Tempel heeft gestaan, komt natuurlijk als eerste in aanmerking. Tot grote frustratie van de Joodse gemeenschap wordt dit door Palestijnen, die zeggenschap over het gebied hebben, tegengehouden. Zij vrezen ondermijning van de Moslimheiligdommen op de Tempelberg.
In het verleden was die situatie anders. Toen de Kruisvaarders Jeruzalem innamen, nam een groep Franse ridders bezit van de ruïnes van de Tempel. Officiëel waren ze in het Heilige Land om pelgrims te beschermen. Officieus maakten ze gebruik van het machtsvacuum om naar schatten te zoeken. Volgens latere verslaglegging hebben deze ridders, de latere Tempelierenorde, een schat op de Tempelberg gevonden. Hoe het zij, de Tempelieren bouwden in korte tijd een machtsimperium op. De orde was alleen verantwoording verschuldigd aan de Paus in Rome. Veel edelen werden lid. Door de gelofte van Armoede kwam hun bezit aan de orde. De Tempelieren schiepen het eerste bankwisselsysteem. De rijken hoefden dan niet met hun geld over straat. Door leningen te verstrekken aan de oorlogvoerende koningen en edelen, stapelden de schulden van de vorsten zich op. Philips de Schone besluit hier een einde te maken. Hij is bijna bankroet en heeft enorme schulden bij de Tempelieren. Volgens de overlevering worden in één nacht de ridders in Frankrijk opgepakt. Na marteling, bekennen ze schuldig te zijn aan homoseksualiteit en blasfemie. Dat laatste bestond uit het bespugen en vertrappen van het kruis en het aanbidden van demonen. Ofschoon de ridders naderhand hun bekentenissen weer introkken, ontliepen ze hun lot niet. Met instemming van de Paus, die de orde in de ban deed, werden de gevangenen schuldig bevonden en op de brandstapel terechtgesteld.
De beroemde schat van de Tempelieren is echter nooit gevonden. Het zou hierbij gaan om de Heilige Graal en/of de Ark des Verbonds. De Tempelieren beschikten over een grote vloot. Hiermee zou de schat in veiligheid zijn gebracht. Niet terug naar het Heilige Land in ieder geval. Er zijn twee plaatsen, waar de schat verborgen zou kunnen zijn. De één is Roslynn Chapel, bij Edingburgh. Deze 15e eeuwse kerk bevat veel symbolen, die verwijzen naar de Tempelierenorde. De tweede plek is het megalitische monument bij Tara in Ierland. Op beide plekken krijgen nieuwsgierigen geen toestemming om te graven.
Historici gaan ervan uit dat de Ark voor de verwoesting van de Tempel van Salomon door de Babyloniërs, verdwenen is. De eenheid van het Joodse volk was al verbroken. Het Beloofde Land kende twee Joodse koninkrijken. Israël en Judea (met Jeruzalem en de Tempel). In de periode voor de val van Jeruzalem versloegen de Assyriërs Israël en tien stammen van het Joodse volk werden afgevoerd en verdwenen. Het is logisch dat men in de Tempel voorzorgsmaatregelen nam en schuilplaatsen voorbereidde. Het terrein leent zich er ook toe en de deskundigheid op dat terrein was groot. De klassieke riolering wordt nog steeds gebruikt. Dat de Tempelieren de Ark hebben gevonden, lijkt me twijfelachtig. De macht van dit voorwerp is te groot om zo lang op vreemde bodem verborgen te blijven.
Blijft over Jeruzalem. Zoal de Ark nog bestaat, dan moet hij daar te vinden zijn. Dit is ook de heilige overtuiging van sommige Joden en Amerikaanse symphatisanten, die broeden op de mogelijkheid een spade (of een dynamietstaaf) in de grond te zetten. Zonder de Ark is de Tempel niet compleet en hindert het de wederkomst van de Christus, de Messias. Hun houding tegenover de Moslimgelovigen is duidelijk: “We will put the Dôme of the Rock and the Al-Aqsa mosque in an envelope and sent it back to Mecca.” Gelukkig vormen ze op dit moment nog een kleine minderheid, maar de voedingsbodem voor verdere escalatie is ruimschoots aanwezig. De herbouw van de Tempel is zoals gezegd, voor de orthodoxe Joden voorwaarde voor terugkomst van hun Messias. De Ethiopische Ark wordt nog steeds in Aksum bewaard. Niemand, op één priester na, krijgt deze te zien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten